Er is al veel gezegd en geschreven over deze Corona crisis: thuissituaties werden gretig gedeeld, frustraties openlijk geuit en beslissingen vakkundig in vraag gesteld. We also did our part. Nee, het is absoluut geen rozengeur en maneschijn! Deze crisis kost mensenleven, brengt het onrecht van de ongelijkheid nog zichtbaarder aan het licht en laat gezinnen als hoeksteen van de maatschappij stevig op hun grondvesten daveren. En toch zijn er dingen die ik de afgelopen weken ben beginnen koesteren. Kleine gelukjes die van mijn part mogen blijven plakken forever and ever. Ook die mogen wel eens belicht worden, want every cloud has a silver lining!
Never have I ever
- Ik heb nog nooit zo veel geknuffeld met m’n jongens. Echt. Hoe hartverwarmend is dat al geweest! Ik heb hen tijdens deze Corona-weken zulke sprongen zien maken in hun emotionele groei, dat ik daar oprecht fier op ben. Ik hoorde enkele dagen geleden mijn 3 kornuiten een ruzie uitpraten waar menig volwassene nog wat van kan leren! Er werd verontschuldigd, “ik voelde mij…” gezegd en achteraf werd hun spel in peis en vree hervat. En ik ben niet de bemiddelaar van dienst geweest! Vuistje en high five me dunkt.
- We zijn nog nooit zo veel “op restaurant” geweest. Insert applausje voor al die creatieve horeca initiatieven! Tussen al dat telewerken en preteachen door is de goesting om te koken vaak ergens te vinden in mijn kleine teen, dus take away and delivery for te win! En een extra voordeel: je moet niet zitten stressen om je koters sociaal aanvaardbaar onder controle te houden, waardoor je des te onbezorgder van je lekker eten kan genieten.

- Ik heb nog nooit zoveel gesport. Oké, voordien fietste ik dagelijks naar het werk wat ook de nodige lichaamsbeweging opleverde, maar dat was meer een noodzakelijk transport. Nu plan ik die sportmomenten veel bewuster in en maak ik er ook tijd voor. Zo ben ik terug beginnen lopen en haalde ik in week 6 van de lockdown vlotjes 5 kilometer uit mijn benen. Maar het is meer dan werken aan een gezonde gewoonte. Als ik op pad ben, is er een soort van samenhorigheid met de andere lopers. Bij het kruisen word ik meestal getrakteerd op een bemoedigend knikje welke ik met plezier beantwoord. I’m part of the gang! Zo’n beetje als die groet van bikers onderling. (Denk ik dan. Geen bikerchick hier.) Het is zo wat mijn enige menselijke real life contact buiten mijn gezinsbubbel dat ik op regelmatige basis kan ervaren en dat verwarmt me.
- Er moet just niks. Geen taxiritjes naar hobby’s van de kinderen, geen sociale verplichtingen, geen uitstapjes om te ondernemen, … kortom geen keuzestress. Ik vind dat wel fijn om eens wat minder opties te hebben en mezelf onder te dompelen in traagheid. Alles kan wat meer op ‘t gemakske want er is toch niet veel anders te doen. Vrije tijd wordt op die manier echte vrije tijd. Niet snel snel een halfuurtje dit doen, want straks hebben we zus en zo op het programma staan. En dan is er plots tijd voor een avondwandeling van een uur met één van m’n zonen of om het tuinhuis op te ruimen. Hoera voor traagheid, you’re a keeper!

- Ik heb afgelopen weken veel aan zelfreflectie gedaan. De Jambers in mij went wild: Wie ben ik? Wat drijft mij? Eigenlijk zou je jaarlijks zo’n evaluatie van je leven moeten kunnen houden, maar jammer genoeg blijven we te vaak in die doen-modus hangen en nemen we niet even de tijd om stil te staan. En toch heb ik uit deze stilstand al mooie plannen gemaakt voor de toekomst. Allemaal oprecht vanuit de vraag wat voor mij echt belangrijk is, waar ik mijn energie in wil steken. To be continued…
I wish, I wish … it could stay like this
Natuurlijk wil ik niet dat we in de horror van deze crisis blijven hangen! Hell no! Ik wil graag terug wat meer sociaal contact, zonder angst naar de winkel kunnen gaan, mijn jongens veilig en zonder stress naar school kunnen laten gaan, niet dagelijks sterftecijfers moeten lezen… Maar die kleine gelukjes, kunnen die ook een plaats krijgen in het nieuwe normaal van morgen?
